Wat ooit een noviteit leek, begint nu serieuze vormen aan te nemen: insecten als eiwitbron in honden- en kattenvoer. Steeds meer fabrikanten zetten deze kleine beestjes in als duurzaam alternatief voor vlees. En dat is niet zomaar een trend: het past in een bredere zoektocht naar efficiëntere, milieuvriendelijkere en toch voedzame ingrediënten voor huisdieren.

Wat maakt insecten zo interessant?
Insecten bevatten veel hoogwaardige eiwitten, net als vlees, vis of kip. Ze zijn bovendien rijk aan vetzuren, vitaminen en mineralen. Maar het grootste voordeel zit in de manier waarop ze worden gekweekt. Insecten hebben nauwelijks ruimte nodig, groeien razendsnel en kunnen gevoed worden met reststromen uit de voedselindustrie. Dat maakt de ecologische voetafdruk een stuk kleiner dan bij traditionele veeteelt.
We gebruiken nu al reststromen
Belangrijk om te benoemen: ook in het huidige diervoer worden al jaren restproducten gebruikt, zoals slachtafval dat niet geschikt is voor menselijke consumptie. Dat is op zich al een duurzame oplossing, omdat het verspilling tegengaat. De inzet van insecten betekent dus niet dat we ineens ‘groen’ worden, maar dat we de opties verbreden – met een extra duurzame en circulaire eiwitbron.
Welke insecten worden gebruikt?
De zwarte soldatenvlieg (Black Soldier Fly) is de koploper. Larven van deze vlieg zijn eiwitrijk, goed verteerbaar en veilig om te gebruiken in diervoeding. Ook meelwormen en krekels worden steeds vaker verwerkt in brokjes, snacks en natvoer. Het gaat daarbij altijd om gekweekte insecten, onder gecontroleerde omstandigheden.
Hoe zit het met de acceptatie?
Bij huisdieren valt het vaak mee: honden en katten kijken niet op van een nieuwe smaak, zolang de geur en textuur maar kloppen. Voor baasjes is het soms even wennen. Maar de gedachte dat je huisdier indirect bijdraagt aan een duurzamere wereld, maakt veel goed. Steeds meer consumenten staan ervoor open – zeker als het voer verder kwalitatief goed is en lekker wordt gegeten.
En de wetgeving?
Insecteneiwit mag sinds een paar jaar officieel worden verwerkt in diervoeder voor honden en katten in Europa. De regels zijn streng, maar duidelijk. Producenten moeten voldoen aan voedselveiligheidsnormen en transparant zijn over de herkomst van hun ingrediënten. Dat biedt kansen voor innovatie, maar voorkomt ook wildgroei.
Wat betekent dit voor de branche?
Voor dierenspeciaalzaken en merken ligt hier een kans. Insectengebaseerd voer spreekt klanten aan die bewust kopen: duurzaam, nieuwsgierig en vaak bereid wat meer te betalen voor een goed verhaal. Tegelijkertijd vraagt het om uitleg in de winkel en duidelijke etikettering. Wie inzet op dit segment, moet ook kennis in huis hebben om vragen van klanten goed te beantwoorden.
Tot slot
Insecten vormen geen vervanging van alle andere eiwitbronnen, maar ze zijn wel een waardevolle aanvulling. Zeker nu de druk op dierlijke productie toeneemt en consumenten kritischer worden. Als sector doen we er goed aan om deze ontwikkeling serieus te nemen. Want wie had gedacht dat zoiets kleins zoveel impact zou kunnen hebben?