4 februari 2025 | Dossier: Wet- en regelgeving,

Tweede Kamer verwerpt beperkingen op verkoop van dieren

De Tweede Kamer heeft voorstellen verworpen of ingetrokken die de verkoop van huisdieren zouden beperken. Het ging om een amendement dat de verkoop van dieren via tuincentra wilde verbieden en een motie voor een verplichte bedenktijd bij de aanschaf van een dier. Dankzij intensieve lobby van Dibevo blijven deze maatregelen uit, wat zowel de branche als het dierenwelzijn ten goede komt. Het behoud van bestaande verkoopkanalen en regels zorgt ervoor dat consumenten op een verantwoorde manier een huisdier kunnen aanschaffen.

Tweede kamer - tijdelijke locatie

Omkering bewijslast op dieren blijft één jaar

Eind januari stemde de Tweede Kamer over een voorstel om de termijn van omgekeerde bewijslast bij de aankoop van een dier aan te passen. Het voorstel werd verworpen, waardoor de termijn definitief op één jaar blijft. 

Wat is omgekeerde bewijslast?
Normaal gesproken moet de koper bewijzen dat een product bij aankoop gebrekkig was om aanspraak te maken op garantie. Bij omgekeerde bewijslast ligt die verantwoordelijkheid  juist bij de verkoper. Dit betekent dat als een dier binnen een jaar na aankoop ziek wordt of een gebrek vertoont, de verkoper moet aantonen dat dit niet al bij de aankoop aanwezig was. 

Behoud van brede verkoopkanalen

Dieren verkopen via tuincentra biedt zowel kopers als verkopers voordelen. Consumenten hebben meer keuze, en verkopers bereiken een breder publiek. Toch lag er een voorstel om deze verkoopmethode te verbieden. Dit amendement heeft het niet gehaald, waardoor deze kanalen behouden blijven en de markt stabiel blijft.

Het gevaar van zo’n verbod is dat het kan leiden tot een toename van malafide handel via niet-gecontroleerde verkoopkanalen. Professionele verkoopkanalen zorgen juist voor toezicht en regulering, en meer garanties voor het dierenwelzijn, wat uiteindelijk beter is voor zowel dier als huisdiereigenaar.

Motie bedenktijd ingetrokken

De Partij voor de Dieren stelde voor om een verplichte bedenktijd van 14 dagen in te voeren voor de aanschaf van een huisdier. Dit zou betekenen dat een koper een dier zonder opgaaf van reden binnen twee weken na aanschaf kon terugbrengen.

Dibevo heeft in gesprekken duidelijk gemaakt waarom dit een slecht idee is. Een dier is geen product dat je zomaar kunt omruilen, want dat leidt juist tot meer impulsaankopen. Zo’n regeling zou er bovendien voor zorgen dat dieren onnodig stress ervaren en na korte tijd weer in een winkel of opvang terechtkomen. Dit is niet in het belang van het dierenwelzijn. Dankzij deze argumenten is de motie ingetrokken.

Ook werd een voorstel gedaan om een publiekscampagne te starten over de garantietermijn en de omgekeerde bewijslast. Dit zou extra kosten en verwarring veroorzaken, terwijl verkopers nu al verplicht zijn om gezonde en goed verzorgde dieren te leveren. Dit voorstel haalde het eveneens niet.

Bescherming van de sector en werkgelegenheid

Het verwerpen van deze voorstellen draagt bij aan het behoud van een gezonde markt en de werkgelegenheid van duizenden mensen die betrokken zijn bij de verkoop en verzorging van gezelschapsdieren.

Onnodige nieuwe regels en beperkingen zouden niet alleen banen op het spel zetten, maar ook het ondernemen moeilijker maken. De sector heeft al strenge regels en is prima in staat om zichzelf te reguleren en verbeteren, zonder onnodige inmenging en extra regeldruk.

Conclusie

Dat deze voorstellen zijn verworpen, is een opluchting voor de branche. Het betekent dat bedrijven op een verantwoorde manier kunnen blijven werken, zonder onnodige beperkingen en extra administratieve lasten. Door bestaande verkoopkanalen te behouden, geen verwarrende publiekscampagnes te starten en af te zien van een verplichte bedenktijd, blijft de markt stabiel en wordt de sector beschermd.

Dit is niet alleen goed nieuws voor verkopers van dieren, maar uiteindelijk ook voor consumenten die op een betrouwbare manier een huisdier willen aanschaffen. En uiteindelijk profiteert ook het dierenwelzijn hiervan.