Om gedwongen opening van winkels zoveel mogelijk te voorkomen, wil het kabinet wettelijke regels tegen verplichte openstelling. Deze maatregel garandeert het recht van ondernemers om zelf keuzes te maken over openingstijden. Ook behoren hierdoor situaties tot het verleden waarin winkeliers ongewild, bijvoorbeeld door een besluit van een Vereniging van Eigenaren (VvE), eerder afgesproken winkeltijden moeten aanpassen.
Staatssecretaris Keijzer van Economische Zaken en Klimaat heeft daarover een brief naar de Tweede Kamer gestuurd. “Ik hecht grote waarde aan een goede balans tussen vrijheid van ondernemerschap én centrale coördinatie van openingstijden in een binnenstad of winkelcentrum. De vrijheid van ondernemers om zelf afspraken te maken, binnen de lokale regels van gemeenten, is daarin leidend. Met een aanpassing garanderen we dat ondernemersvrijheid niet wordt beperkt door eenzijdig opgelegde wijzigingen van openingstijden met daaraan gekoppelde boetes”, aldus staatssecretaris Keijzer.
Voorkomen dat anderen eenzijdig beslissen over ondernemersvrijheid
De maatregel laat de contractvrijheid in stand als ook de vrije keuze van gemeenten voor openingstijden zoals vastgelegd in de Winkeltijdenwet. Als een ondernemer en een verhuurder bijvoorbeeld in een contract overeenkomen dat een winkel op koopavond open moet zijn – en de winkelier het contract ondertekent – dan geldt: afspraak is afspraak en moet deze dus op die afgesproken avond open zijn.
Wat het kabinet met deze maatregel wel wil vastleggen, is het voorkomen dat openingstijden eenzijdig door anderen kunnen worden gewijzigd. Daarmee blijft de winkelier zelf verantwoordelijk voor primaire ondernemersbesluiten en worden eenzijdige veranderingen ná het sluiten van een contract voorkomen. Coördinatie en unanieme afspraken, bijvoorbeeld tussen ondernemers binnen een VvE, blijven natuurlijk wel mogelijk.
Bron: Rijksoverheid