Ernstige bijtincidenten komen steeds vaker in het nieuws. In het Besluit houders van dieren zijn weliswaar voorwaarden vastgelegd voor het houden van honden als huisdier, maar deze blijken niet voldoende om bijtincidenten te voorkomen. Daarom, en omdat de maatschappelijke onrust over bijtincidenten met honden intussen eerder is toe- dan afgenomen, heeft de Raad voor Dierenaangelegenheden (RDA) op verzoek van staatssecretaris Van Dam van Economische Zaken een zienswijze opgesteld. De raad adviseert niet alleen maatregelen te nemen die gericht zijn op de hond en de context (bijvoorbeeld gemeentebeleid), maar expliciet ook op de eigenaar van een hoog-risico-hond.
Maatregelen gericht op de eigenaar
De adviezen in de zienswijze zijn opgesteld door een forum van deskundigen dat gevormd is uit de leden van de RDA. Dibevo-voorzitter Joost de Jongh maakte deel uit van dat forum. Zijn insteek was te voorkomen dat ‘de hond in het algemeen’ door de bijtincidenten in een kwaad daglicht zou komen te staan. Die lijn komt terug in de zienswijze in de vorm van een reeks maatregelen waaraan de eigenaar van een hoog-risico-hond moet voldoen. De Jongh: “De houder heeft een zeer grote verantwoordelijkheid. Bij een ernstig bijtincident is hij degene die aangesproken móet worden.”
Maatregelen gericht op de hond
Dat laat echter onverlet dat de RDA ook stevige maatregelen adviseert voor de hoog-risico-honden zelf. Naast een muilkorf- en aanlijngebod en de andere preventieve maatregelen, adviseert de raad om hoog-risico-honden die mensen of andere honden gebeten hebben met ernstige verwondingen zonder meer te euthanaseren: One strike out.
Maatregelen gericht op de omgeving
De derde tak van maatregelen in de zienswijze richt zich op de omgeving. Daarin ligt vooral een taak voor gemeenten. Een aantal gemeenten heeft al specifieke huisvestingseisen en maatregelen voor hoog-risico-honden beschreven. De RDA beveelt alle gemeenten aan dit te doen en een standaard tekst in de Algemene Plaatselijke Verordening op te nemen en de best practices te delen.
Ook moeten burgers laagdrempelig en anoniem gevaarlijke situaties met honden kunnen melden, bij voorkeur in de eigen gemeente. Meldingen moeten snel en accuraat worden doorgegeven aan de politie zodat contact met de eigenaar van de hond kan worden opgenomen om gevaarlijke situaties te bespreken en erger te voorkomen.