Binnen het belastingstelsel is het mogelijk dat directeur-grootaandeelhouders langdurig belastingheffing kunnen uitstellen (en soms zelfs helemaal geen belastingheffing betalen) door liquide middelen aan de eigen vennootschap te onttrekken in de vorm van een lening, in plaats van als dividend uit te laten keren of als loon te genieten. Het kabinet wil dat leningen boven de 500.000 euro worden gezien als een dividenduitkering aan de dga, waardoor die dus dividendbelasting is verschuldigd. Dankzij een brief van MKB-Nederland en andere brancheorganisaties is deze Wet op excessief lenen uitgesteld tot 1 januari 2023, maar dat vinden we nog niet ver genoeg gaan.
De redenering van het kabinet is dat dga’s nu extra tijd hebben om zich voor te bereiden en schulden aan de eigen vennootschap die hoger zijn dan € 500.000 af te lossen. Het kabinet wil de wet echter niet alleen toepassen op nieuwe leningen, maar ook op bestaande gevallen.
Dibevo heeft van meet af aan bezwaar gemaakt tegen het feit dat de Wet op excessief lenen ook geldt voor bestaande leningen. Het is en blijft raar dat lenen bij de vennootschap met deze wet van de één op de andere dag als ‘excessief’ wordt gezien. Dat dwingt ondernemers om voor de inwerkingtreding van de wet geld te onttrekken aan hun bedrijfsvoering. Terwijl die middelen ook nodig zijn om uit de recessie te komen. Het crisisbeleid is er immers op gericht om de liquiditeitspositie van bedrijven te versterken en werkgelegenheid te behouden.