Reuen worden veel vaker dan teven gecastreerd vanwege hun gedrag. En dat terwijl sommige honden na castratie juist ongewenst gedrag zoals agressie kunnen gaan tonen. Opvallend is dat hondentrainers en gedragstherapeuten castratie veel minder vaak aanraden dan dierenartsen, terwijl juist zij geschoold zijn in hondengedrag. Dat blijkt uit een onderzoek van Wageningen University & Research.
Opmerkelijk genoeg heeft castratie niet altijd een positief effect op het gedrag van een hond. ‘Soms neemt de agressie juist toe. Dat kan bijvoorbeeld gebeuren als een onzekere reu nog onzekerder wordt en daardoor agressief’, vertelt onderzoeker Pascalle Roulaux. Bij 18% van de gecastreerde reuen nam agressie toe na castratie. Een goede afweging van de voor- en nadelen van castratie is dus van groot belang voor het gedrag van de hond en daarmee voor een goede relatie tussen hond en eigenaar.
Balans tussen medisch en gedragsdeskundig advies
In totaal verstrekten bijna 500 eigenaren van gecastreerde en intacte reuen gegevens via een online enquête. Driekwart had advies ontvangen van een dierenarts, de helft van een hondentrainer en slechts 38% van een gedragstherapeut. Dierenartsen adviseerden vaker om een hond te castreren dan trainers of gedragstherapeuten.
Het lijkt het erop dat eigenaren vooral zijn beïnvloed door dierenartsen in hun keuze om te castreren. Dit is van belang omdat dierenartsen mogelijk meer vanuit een medisch- en minder vanuit een gedragsdeskundig oogpunt adviseren.
‘Om een echt goede afweging te kunnen maken voor castratie is het belangrijk dat er een goede balans is tussen een medisch en een gedragsdeskundig advies’, benadrukt Roulaux. Voor de juiste balans is meer onderzoek nodig naar de gedragseffecten van castratie. Juist omdat daarover tot op heden weinig bekend is, bestaat de kans dat gedrag onvoldoende wordt meegewogen in de keuze om te castreren.
Bron: Wageningen University & Research