Het Lenteakkoord (Kunduz-akkoord) bevat een aantal maatregelen om het ontslagrecht te versoepelen en de WW te hervormen. De politieke partijen VVD, CDA, D66, Groenlinks en de ChristenUnie presenteren deze maatregelen alsof die voor de arbeidsmarkt een grote winst op zouden moeten gaan leveren. De gevolgen hiervan zullen echter voor elke werkgever voelbaar worden. Dibevo heeft er bij MKB-Nederland op aangedrongen om de negatieve impact van deze maatregelen hoog op de agenda te plaatsen en aan te kaarten in politiek Den Haag.
Plannen ontslagrecht uit Kunduz-akkoord
1. Werkgevers gaan betalen voor (maximaal) de eerste 6 maanden WW.
Werkgevers moeten maximaal de eerste 6 maanden van de werkeloosheid betalen. Dit is wel afhankelijk van de duur van het dienstverband.
2. Er moet een zogenaamd transitiebudget worden aangelegd.
Er moet geld beschikbaar zijn, het zogenaamde transitiebudget, bedoeld om de werknemer te helpen een andere baan te vinden. Ook deze kosten komen voor rekening van de werkgever.
3. De preventieve ontslagtoets wordt afgeschaft.
Dit houdt in dat ontslag niet meer vooraf getoetst wordt en zal dus achteraf vaker worden aangevochten. Juridische procedures brengen naast een grotere onzekerheid over de afloop ook grotere financiële risico’s voor de werkgever met zich mee.
Deze plannen worden door de politiek uitgelegd als een goed pakket van maatregelen met veel positieve effecten. Echter, niets is minder waar.
Bezwaar
Een 16-tal hoogleraren en wetenschappers hebben zich inmiddels bij de politiek ook tegen de plannen gekeerd en aangegeven dat deze plannen helemaal niet bij zullen dragen aan een beter functionerende arbeidsmarkt. De Nederlandse arbeidsmarkt is door de inzet van uitzendkrachten en tijdelijke contracten voldoende flexibel en het ontslagstelsel is niet zo star als de politiek doet voorkomen.
Henk van Houwelingen van Dibevo: ‘Stel je de volgende situatie voor. De omzetten lopen terug en je besluit een werknemer te ontslaan. De werknemer vecht het ontslag met succes aan. De arbeidsovereenkomst is dus niet beëindigd en de werkgever moet het loon gewoon doorbetalen. De arbeidsverhoudingen zijn hierdoor verstoord geraakt en de werknemer kan niet terug naar zijn baan. De arbeidsovereenkomst zal dan alsnog moeten worden ontbonden en omdat het ontslag te verwijten is aan de werkgever, moet deze alsnog een ontslagvergoeding betalen. Tellen we daar de WW bijdrage en het transitiebudget bij op dan zal dat het bedrijf definitief kopje onder gaan.’
Maatregelen opgenomen in wetsvoorstel
De vastgestelde maatregelen zullen na de verkiezing in een wetsvoorstel worden opgenomen en in 2014 in werking treden. Het is de vraag of de plannen het in deze vorm gaan halen. Na de verkiezingen op 12 september weten we meer.
Bron: Rijksoverheid