De meeste Dibevo-leden nemen verplicht deel aan een Bedrijfstak Pensioen Fonds (BPF). Het grote voordeel hiervan is dat u als werkgever geen omkijken heeft naar de regelingen: werkgevers- en werknemersvertegenwoordigers nemen dat volledig uit handen. Het bestuur van de BPF (waar werkgevers- en werknemersvertegenwoordigers in zitten) houdt toezicht op de uitvoerder en bewaakt zowel uw belangen als die van de werknemers.
Uitkeringen niet toereikend
In de praktijk blijkt dat werknemers onvoldoende kennis hebben van de regelingen. Jaarlijks ontvangen zij een Uniform Pensioenoverzicht (UPO) van de opgebouwde rechten, maar het vertalen naar de persoonlijke situatie blijft lastig.
Het ouderdomspensioen is meestal wel duidelijk. Het pensioenoverzicht geeft duidelijk aan wat er op dat moment aan rechten is opgebouwd en hoe hoog het jaarlijks bedrag kan worden als de werknemer tot de pensioendatum bij u, of in dezelfde sector, blijft werken.
Bij overlijden van de werknemer heeft de overgebleven partner recht op het nabestaandenpensioen en eventueel op een wezenpensioen. Deze uitkeringen zijn echter vaak ontoereikend voor de nabestaanden. Eventuele aanvullingen vanuit de sociale zekerheid zijn ook niet altijd vanzelfsprekend, zoals bijvoorbeeld een ANW-uitkering. Als werkgever kunt u met dit soort dilemma’s geconfronteerd worden en zal het moeilijk zijn hier sociaal en emotioneel mee om te gaan.
Rechtspraak
In de rechtspraak gebeuren momenteel de gekste dingen. Als er discussie is over wat een werkgever wel of niet moet doen voor de werknemer, lijkt het erop dat de werkgever vaak aan het kortste eind trekt. En dat heeft vaak vervelende financiële consequenties. De uitspraak ‘de werkgever heeft niet voldaan aan zijn zorgplicht’ komen we veel tegen.